Broeders in Christus

Psalm 117 - Zijn goedertierenheid … en trouw

‘De kortste psalm – en toch één van de prachtigste’ heeft iemand eens over Psalm 117 opgemerkt. Je eerste gedachte is, dat er in twee verzen niet zo erg veel gezegd kon worden, en toch mogen wij uit deze psalm veel putten.

Vers 1 roept de mensheid op de Here, de God van Israël te prijzen. God verdient inderdaad alle lof en prijs: Hij is immers de machtige Schepper van hemel en aarde. Maar ook al is Hij zo groot, Hij kijkt steeds met liefde naar de mensen, “want zijn goedertierenheid is machtig over ons, en des HereN trouw is tot in eeuwigheid” (vers 2). Dit woord “goedertierenheid” verdient in ‘t bijzonder onze aandacht. In het Hebreeuws staat het woord chesed, wat moeilijk met één Nederlands woord te vertalen is. Sommige Bijbelvertalingen en liederen, gebruiken woorden als liefde, barmhartigheid, tederheid enz. Chesed houdt echter in: de ideeën van voortdurende (Goddelijke) liefde, genade en goedheid – en nog meer. Je komt pas echt achter de volle betekenis door voorbeelden in het Oude Testament na te gaan.

Toen Israël uit Egypte trok, sloot God te Sinaï een verbond met hen, en maakte Zijn Naam en Zijn eigenschappen bekend: “Here, Here, God, barmhartig en genadig, lankmoedig, groot van goedertierenheid en trouw …” (Exodus 34:6). Juist deze laatste twee woorden vinden wij overal terug, wanneer gesproken wordt over het verbond tussen God en Zijn volk. “Goedertierenheid” heeft de betekenis van verbondsliefde, een bestendige genegenheid vastgesteld op grond van een verbond. “Trouw” is eveneens een verbondswoord. Geen wonder dan dat beide woorden voorkomen in Psalm 89, waar uitvoerig gesproken wordt over Gods verbond met David – en met de Zoon van David, de Messias: b.v. “Mijn goedertierenheid zal Ik hem niet onthouden, mijn trouw zal ik niet verloochenen, mijn verbond zal Ik niet ontwijden” (Psalm 89:34,35; zie ook verzen 2 t/m 4, 15, 25, 29).

Ook Jesaja gebruikt het woord chesed in verband met Gods verbond met wie op Hem vertrouwen: “Want bergen mogen wijken en heuvelen wankelen, maar mijn goedertierenheid zal van u niet wijken en mijn vredesverbond zal niet wankelen, zegt uw Ontfermer, de Here” (54:10). Voor wat meer achtergrond over de Griekse vertaling van dit woord chesed, zie Charis - genade.

Ook aan ons wil God Zijn goedertierenheid en trouw bewijzen, en in de Here Jezus zien wij deze eigenschappen ten volle geopenbaard. “Halleluja!”